Veel veranderd in de Lindelaan
Vrijdag 28 februari was het vijftig jaar geleden dat meneer en mevrouw Zeldenthuis op de Lindenlaan in Emmeloord kwamen wonen. Pas getrouwd en blij met hun nieuwe woonplek. Begin dit jaar werd hun woning gerenoveerd en hun kinderen moesten zéker weten dat al het werkmateriaal om het huis verdwenen was op die datum. “Ja, dan weet je natuurlijk dat ze iets van plan zijn hè”, lacht meneer Zeldenthuis. “Ik zag de zaklamp buiten wel schijnen hoor, in het donker. En ’s ochtends stond daar zo’n grote opblaaspop voor het huis om te vieren dat we 50 jaar getrouwd waren!”
De meeste buren die ook in de jaren ’70 in de Lindenlaan kwamen wonen, zijn ondertussen verhuisd of overleden. Alleen de buurman op de hoek woont er nog altijd. Meneer vertelt: “Hij is 90 jaar. Zijn vrouw is overleden, dus ik kom wel bij ‘m langs om te helpen.” Dat laatste zit nu eenmaal in het bloed van zowel meneer als mevrouw Zeldenthuis. Ze zijn super actief, altijd bezig, echte doeners! Het is dan ook niet voor niets dat ze allebei geridderd zijn.
Dat lintje kreeg mevrouw midden in de coronatijd en meneer een jaar later, toen iedereen er wel bij kon zijn. Het was beide keren een mooie happening. Mevrouw werd geëerd omdat zij al meer dan veertig jaar voor de school als schoonmaakster werkte. “Schoonmaken is m’n lust en m’n leven!”, lacht ze, en dat is aan hun woning te zien. Meneer werd geridderd omdat hij zich al 30 jaar inzette voor Step NOP. Hij was vrijwilliger van het eerste uur, toen het Pieperfestival nog piepjong was! Meneer: “Wij zijn geen types om stil te zitten, we doen graag wat voor een ander.”
Renovatie
Eind januari ontvingen ze de vaklieden die de renovatie kwamen doen met open armen. “Kijk, je kunt het moeilijk maken, maar je kunt het ook gemakkelijk houden. Dat laatste doen wij ’t liefst”, zegt meneer met een blij gezicht. Hij vertelt dat ze de aannemer een doos met lekkere oranjekoek hebben gegeven. “We konden goed met ze overweg. Er waren twee dames, Savanna en Malou van aannemer Mateboer, die de bewoners begeleidden. Dat deden ze supergoed. We werden heel goed op de hoogte gehouden en we mochten ze altijd bellen als er iets was. Onze kinderen moesten wel een beetje lachen om het enorm grote blad waar met supergrote letters op geschreven stond wat er allemaal zou gaan gebeuren. “Ze denken dat jullie echt hoogbejaard zijn!”
In huis kwam een nieuw mechanisch ventilatiesysteem, dat was even wennen in het begin, maar dat ging vrij vlot. Op zolder kwam een traphek, de badkamer en het toilet is vervangen en de voor- en achterdeur zijn nieuw. De kozijnen werden geschilderd en de schoorsteen gerenoveerd; met dik twee weken was het alweer klaar. Tot die tijd konden mevrouw en meneer bij de buren douchen. “Die kennen we goed en daar was geen verbouwing. Heel fijn was dat. Bij ons ging het achter mekaar door. Alles was goed op elkaar afgestemd en elke dag maakten de vaklieden alles mooi weer schoon. Het enige wat even doorbijten was, was het moment dat de oude voegen eruit werden gehaald, dat gaf me een lawaai! Maar verder hebben we nergens last van gehad.”
Echte liefde
En vlak na die renovatie stond dus een groot opblaas-echtpaar in de tuin. Het bracht herinneringen terug uit de jaren ’70, waar ze elkaar leerden kennen tijdens het Wereld Kampioenschap schaatsen in Oslo. Mevrouw: “Ik werkte in Joure in een bejaardenhuis. Een meid van de keuken vroeg: “Ga je mee naar Oslo? We reden met een busmaatschappij naar Noorwegen, voor het kampioenschap waar Ard Schenk de gouden medaille won! “Hij…” (ze wijst naar haar man), zat ook in de bus. Samen met z’n moeder. Mijn vriendin kende hem wel.” Meneer lacht als hij eraan terugdenkt en vertelt: “Op de terugweg was iedereen natuurlijk wat vrijer in de omgang en toen raakten we aan de praat.” Zij: “Ja, en hij hield mij wel aan, na die tijd. Tot nu toe!” Meneer: “Ja, het was echte liefde. Een beetje geven, een beetje nemen, daar draait alles om in het leven.”
Lindenlaan
Hier kregen ze hun kinderen die hier fijn opgroeiden met de school dichtbij. Er waren altijd veel kinderen in de straat aan het spelen. Er was een buurtvereniging en er was altijd wat te doen. Dat is al jaren niet meer zo. De buurtvereniging is opgeheven, er kwamen mensen te overlijden, of ze gingen naar een verzorgingshuis. Meneer: “Vroeger ging je nog wel eens met elkaar een praatje maken op straat en we deden spelletjes. Bingo, sjoelen! Op koninginnedag stonden de tuinen vol met zelfgemaakte poppen, dat was zo gezellig altijd. Daarmee kon je dan een prijs winnen. Ik weet nog dat wij Pinokkio op een karretje hadden gemaakt. Iedereen liep langs om elkaars creaties te bewonderen. Maar langzamerhand werden zulke activiteiten minder. Die veranderingen zijn niet altijd positief. Je kunt wel aan alle tuinen zien dat het leven nu heel anders is geworden. Daarom zeggen wij: je moet er zelf wat van maken. Je moet het zelf leuk houden en de bloemetjes buiten zetten!”
Meer lezen?
Dit artikel staat ook in de laatste editie van ons bewonersblad 'Samen Wonen'. Wil je meer van dit soort verhalen lezen?